Uw Kapitool, helaas! eene onvoltooide kroon, / Uw Belfroot, met den draak der kruisvaart overkronkeld, / En Bavo’s tempel, als zijn kunstjuweelen schoon.

Prudens van Duyse (1859)

VLAAMSE DICHTER LEONARD NOLENS WINT KANTL-POëZIEPRIJS

Nieuws

Voor de vijfjaarlijkse Prijs voor poëzievan de KANTL (periode 2010-2014) waren vijf werken genomineerd. Naast Nolens stonden ook de Vlaming Roland Jooris (Kromte) en drie vrouwelijke Nederlandse dichters op de lijst: Maria Barnas (Jaja de oerknal), Anneke Brassinga (Ontij) en Hester Knibbe (Archaïsch de dieren). De jury bestond uit Geert Buelens, Miriam Van hee, Mark Insingel, Willy Spillebeen en Gwy Mandelinck. Eerdere laureaten van de KANTL-poëzieprijs waren Gerrit Kouwenaar (2005) en Leo Vroman (2010).

Leonard Nolens wordt beschouwd als een van de belangrijkste hedendaagse Vlaamse dichters. Hij won eerder o.a. de Jan Campertprijs voor Liefdes verklaringen, de VSB Poëzieprijs 2008 voor Bres en de Constantyn Huygensprijs voor zijn hele oeuvre.

De jury van de de driejaarlijkse Prijs der Nederlandse Letteren (die Nolens in 2012 ontving) waardeerde in zijn werk de “levenslange worsteling in taal en een zoektocht naar de eigen identiteit en die van de ander”. Laat het nu precies dat facet van zijn dichterschap zijn dat Nolens in het gedicht “Familiearchief” van de net bekroonde dichtbundel Zeg aan de kinderen dat wij niet deugen (2011) bij dat contrast tussen zijn geboortegrond en het “exotische” Gent brengt.

De dichter noemt België dan wel zijn “feestelijkste tafel”, maar scherpt ook de taaltegenstellingen tussen de verschillende regio’s aan, met name tussen de “babelse” smeltkroes Luik-Maastricht (waar hij zijn talen leerde) en de “buitenlands” aandoende Vlaamse en Brabantse steden:

Maar ooit was België mijn feestelijkste tafel
Gedekt in een Limburgse kamer van Babel, daarginds
In het graafschap Loon, het prinsbisdom Luik.
Wij babbelden sec en secuur met vader en moeder
Het tijdloze plat van de streek, wij brabbelden
Frans en Duits met zwagers en verre familie,
Wij zongen met heerooms ons vroomste potjeslatijn.
(…)
En Brugge, Brussel, Antwerpen, Gent en Oostende,

Dat waren toch achterlanden en buitenlanden, exotisch.
Wij toerden op zondag naar Aken en Keulen, Maastricht,
En konden als kind daar terecht met ons Brees.*
En Nederlands leerden wij stotterend buitenshuis
Op school, het schuurt als een vertaalslag uit het Grieks.
(…)

[*Brees, dwz het dialect van Bree, Nolens geboortedorp]

Meer info over de bekroning van Leonard Nolens met de KANTL-Poëzieprijs: http://kantl.be/nieuws/kantl-prijs-2015
Een portret van Leonard Nolens op www.canvas.be