24 Juli [1916]. Voor een journalist wil dus naar Gent gaan zeggen, iets als oorlogscorrespondent worden, met al de gevaren, maar ook al het heroïsche, dat daar aan verbonden is.

Karel van de Woestijne (1916)

Terug naar index

WOLF, JOHANN WILHELM

(Köln, 23.04.1817- Hofheim,Hessen, 28.06.1855)

Duitse letterkundige en publicist van volksverhalen en sprookjes. In zijn Niederländische Sagen (1843) nam hij de oude legende van de Mammelokker op; het verhaal is in Gent afgebeeld op de oude stadsgevangenis, aanleunend tegen het Belfort.

Johann Wilhelm Wolf was een Duitse letterkundige, opgegroeid in een streng katholiek gezin. Hij gebruikte ook het pseudoniem Johannes Laicus.
Wolf huwde in 1846 met de dochter van de sterk in de Vlaamse Beweging geïnteresseerde Luise von Ploennies [zie aldaar]. Hij tekende in diverse milieus in Duitsland systematisch sagen en sprookjes op, gepubliceerd als Deutsche Märchen und Sagen (1845) en Deutsche Hausmärchen (1851). Hij verzamelde en bestudeerde vanuit Brussel Vlaamse volksverhalen en sprookjes.

Wolf is vooral in Duitsland ook bekend om zijn door de Mariaverering geïnspireerde gedichten en theologische opstellen. Vanaf de jaren 1850 verdiepte hij zich in de Germaanse mythologie en schreef hij zijn kinderherinneringen uit zijn jeugd in Keulen op. In 1988 verscheen in de reeks Die Andere Bibliothek van Johann Wilhelm Wolf nog een bundeling Verschollene Märchen (Vergeten sprookjes).

Johann Wilhelm Wolf en Gent

Johann Wilhelm Wolf moet Gent bezocht hebben in de jaren 1842-1843, voordat hij besloot uit België terug te keren naar zijn geboortestad Keulen.
Hij verhaalde in zijn Niederländische Sagen (1843) de Romeinse legende over de oude Cimon die in de gevangenis van de hongerdood wordt gered door zijn dochter Pero, die hem elke dag heimelijk komt voeden met haar borst. Dit verhaal van de ‘Mammelokker’ wordt in Gent uitgebeeld in een opvallend bas-reliëf op de gevel van de voormalige stadsgevangenis (1741-1902, heden kantoor ombudsdienst Stad Gent), aanleunend tegen de gevel van het Belfort (kant Stadshal).

Een Nederlandse bewerking werd gepubliceerd in Belgische sagen en legenden (1980), door Alfons Roeck & Léon Marquet. Het verhaal van de Mammelokker werd ook opgetekend door Prudens van Duyse [zie aldaar] in het gedicht “De kindermin” en door Paul de Ryck [zie aldaar] in zijn bundel Gentianen. De legende is onder meer ook verwerkt door Monika van Pamel [zie aldaar] in haar bekendste roman, De vemaledijde vaders (1985).

Andere sagen van Johann Wilhelm Wolf gingen over de draak van het Gentse Belfort, de herkomst van de straatnaam Ingelandgat (Engelandgat) en over de heilige Bavo.
Minder bekend is een verhaal over de herkomst van de drie raven op het wapenschild van het Hof (ook Heerlijkheid) van Raveschoot uit de 14de eeuw, een van de weinige oude historische huizen in het zuidelijk deel van de Gentse Muinkmeersen (zie Raveschootstraat), door Antonius Sanderus al beschreven in zijn Flandria Illustrata (1641) maar in 1907 afgebroken bij de aanleg van de Tentoonstellingslaan.

[Jean-Paul den Haerynck]

Over Johann Wilhelm Wolf:

  • Johann Wilhelm Wolf: Niederländische Sagen (1843). Nederlandse bewerking door Alfons Roeck & Léon Marquet in: Belgische sagen en legenden (1980)

  • Tristan Pierre Maes: Hof van Raveschoot, in: Ghendtsche Tydinghen, jg. 47 (2018), nr. 6, p. 348-358