Men hore [Anseele] in zijn eigen taal, zijn Gents dialect, de zo soepele, kernachtige spraak, ruig en ruw, zo geestig ondeugend en slecht gemanierd, een beetje canaljeus zelfs

Paul Kenis (1930)

Terug naar index

RENS, HIPPOLIET

(Ninove, 13.02.1826 - Gent, 20.07.1882)

Ambtenaar en dichter, jongere broer van Frans Rens (zie aldaar).
Hippoliet maakte carrière als ambtenaar van de belastingsadministratie in Gent, Bergen, Antwerpen en Brugge. Hij woonde in Ledeberg, waar hij tenslotte controleur accijnzen werd.
Als auteur publiceerde hij poëzie in tijdschriften en jaarboeken, o.a. zijn gedicht Aen het vaderland.
Novellen van hem zijn het melodramatische verhaal Het kind der armoede (ca. 1840, herdr. 1867), De kruidenierbaal en Pieter Vetbeurs, verhaal uit het volksleven ( beide uit 1867).
Geregeld nam hij deel aan de in de 19de eeuw populaire voordrachtwedstrijden. Zo werd hij voor zijn in Oost-België spelende novelle Celina, of Rampspoed en vergoeding (ca. 1840) in Gent bekroond in de letterkundige wedstrijd van het Vlaemsch gezelschap, dat hij zelf ook vertegenwoordigde bij de inhuldiging van het Jan Frans Willems-monument te Boechoute.
In 1850 onderscheidde de Maetschappy van Rhetorica “Nuttig en Aengenaem” in Watou hem voor “een lierzang” Het nut des landbouws. In 1851 kreeg hij voor een redevoering over de zedelijke opvoeding, in Aalter een prijs van de Maetschappy van Vlaemsche Letteroefening “Voor Tael en Vaderland”.

[Frans Heymans]

Over Hippoliet Rens:

  • J[ohannes] Frederiks G. en J[osef]Van den Branden: Biographisch Woordenboek der Noord- en Zuidnederlandsche letterkunde (1892). Zie ook op internet: http://www.dbnl.org/auteurs/auteur.php?id=rens008
  • J[ozef] Vercouillie: Hippolyte Rens, in: Biographie nationale (de L'Académie royale des sciences, des lettres et des beaux-arts de Belgique), vol. 19 (1907), p. 139, ook op internet: http://www2.academieroyale.be/academie/documents/IndexBNetNBN677.pdf. [Dit internetadres geeft enkel toegang tot de index, raadpleging kan enkel in de gedrukte editie.]
  • Frans Heymans: Het goud van de Vlaamse letteren: 170 jaar prijzen voor de Nederlandse literatuur in België, 1830-2000(2001), p. 163 en p. 305
  • Daniël van Ryssel: 55 Vergeten Gentse schrijvers, dl. VI (2010)