Uw Kapitool, helaas! eene onvoltooide kroon, / Uw Belfroot, met den draak der kruisvaart overkronkeld, / En Bavo’s tempel, als zijn kunstjuweelen schoon.

Prudens van Duyse (1859)

Terug naar index

MAEREN, MARTHE

(Knokke, 10.12.1958 - )

Pseudoniem van Bernadette Demeulenaere, advocate, schrijfster van misdaadverhalen.

Marthe Maeren studeerde rechten en criminologie aan de Gentse universiteit en specialiseerde zich in consumentenrecht in Stockholm. Drie jaar lang was zij stafmedewerker van het Institut Suisse de droit comparé in Lausanne. In de juridische omgeving staat zij bekend om haar doctoraatswerk over de (on)toegankelijkheid van de Belgische rechtbanken. Sinds 1986 is zij advocate aan de Gentse balie en in 1992 werd zij vennoot van een advocatenbureau. Recent begeleidt ze vooral bedrijven in de verhandeling van aandelen.

Met haar romans Dode letter (2004) en Dode hand (2006) introduceerde zij het genre van de zogenaamde legal thriller (die zich afspeelt in een juridisch milieu) in Vlaanderen. Beide verhalen situeren zich in de wereld van de Gentse advocatuur en draaien om de fictieve meester Frieda Degraeve die steevast verstrikt geraakt in een web van intriges rond haar cliënten. Zonder autobiografisch te zijn, bevatten haar romans toch gegevens die het leven van de schrijfster niet vreemd zijn. Zo woont Frieda Degraeve ook in Knokke, is zij eveneens advocate aan de Gentse balie en bevatten haar verhalen elementen uit haar beroepsleven. De romans zijn noch een verheerlijking van, noch een kritiek op haar beroep en waar wat onfrisse praktijken worden geschetst, wordt de deontologie nergens met voeten getreden.
De beschrijvingen van veel Gentse locaties verlenen couleur locale aan de romans.

Haar derde advocatenthriller, De erfenis van Himmler (2008), speelt zich voor een essentieel deel af in de Sint-Baafskathedraal en het Monasterium Poortackere (Oude Houtlei, vroeger een klooster en thans een hotel en seminariecentrum). Na de moord op haar Gentse collega-advocaat Raoul Claes begint meester Degraeve een mysterieuze zoektocht naar het “Christi milites”-schilderij (onderdeel van het Lam Gods), waarbij gaandeweg het merkwaardige verband onthuld wordt tussen de fascinatie van SS-aanvoerder Heinrich Himmler voor het Lam Gods anno 1942 , een frauduleuze geldtransfer naar de Bahama’s, een Gentse kloosternon, een jonge neonazi in de Pekelharingsteeg, het skelet van een orthodoxe jood aan de Nederkouter en het Lebensbornproject (SS-project dat het “kweken” van een superras beoogde).

[Jean-Paul den Haerynck]

Over M. Maeren: