24 Juli [1916]. Voor een journalist wil dus naar Gent gaan zeggen, iets als oorlogscorrespondent worden, met al de gevaren, maar ook al het heroïsche, dat daar aan verbonden is.

Karel van de Woestijne (1916)

Terug naar index

FREDERICQ, Cesar

(Nevele, 14.05.1817 - Gent, 03.01.1887)

Gentse arts, journalist, publicist en liberaal politicus, stiefbroer van de gezusters Loveling. De manuscripten van zijn gedichten en proza zijn bewaard in de Universiteitsbibliotheek.

De kleine stad Nevele bezat in de achttiende eeuw een opvallende aantrekkingskracht op een aantal Franse ambulante handelaars. De familie Fredericq die er zich vestigde, kwam uit de omgeving van Metz. Jacques Fredericq (1778-1824) huwde in 1812 met Marie Comparé (1791-1879). Cesar was een van hun zes kinderen. Na het overlijden van Jacques hertrouwde Marie Comparé in 1831 met Herman Loveling (1806-1846). Deze zag voor Cesar eerst een rol als timmerman weggelegd, maar Cesar werd uiteindelijk arts, na enkele jaren zelfstudie en een opleiding aan de nog jonge Gentse universiteit.

Cesar Fredericq en Gent

Cesar vestigde zich als huisarts in de Sleepstraat 12 (toen nog Slijpstraat 30). Hij ving er zijn moeder en haar kinderen op na de zelfmoord in 1846 van Herman Loveling. Later zou ook zijn neef Cyriel Buysse bij hem op kot gaan tijdens diens middelbare studies in Gent. Buysse werd er bevriend met Simon, een zoon van Cesar.
Cesar Fredericq had aan de Gentse universiteit de Franse hoogleraar filosofie François Huet (1814-1869) leren kennen en stelde zijn woning ter beschikking als vergaderplaats voor "de kring Huet", een groep radicaal-liberale en republikeins gezinde jongeren uit Gent en omgeving. Huet beïnvloedde met zijn utopisch socialisme, een mengsel van liberale, katholieke en sociale elementen, een aantal studenten en docenten, waarvan sommigen nadien een rol zouden spelen op academisch en politiek vlak. Hun discussies hadden eveneens grote invloed op de jonge Rosalie en Virginie Loveling die toen met hun moeder bij Cesar inwoonden.

Fredericq was samen met Huet medestichter van De Broedermin, een Nederlandstalige progressieve krant uit 1848-1859 “tot opbeuring van den Gentschen werkersstand”. Cesar behoorde tot de kernredactie en zou er een reeks artikels in schrijven. Na het verdwijnen van De Broedermin, werd hij medewerker van de opvolger ervan, de liberale krant De Stad Gent.

Hij huwde op 5 september 1849 met Mathilde, de zus van François Huet. Deze laatste verliet in 1850 onder zachte druk de Gentse universiteit en vestigde zich in Parijs. Ze kregen zes kinderen, waarvan Paul (1850-1920), de latere rector van de UGent, de bekendste is.

Cesar werd in de Gentse volkswijken een bekende en toegewijde dokter en zette zich sterk in tijdens de vele epidemieën die de stad teisterden. Hij was een van de eersten die de nood inzag voor een betere hygiëne, iets waar hij als liberaal gemeenteraadslid (1860-1883) voor ijverde.
Hij probeerde zijn ideeën ingang te doen vinden met artikels en boeken. In 1856 verscheen bij het Willemsfonds Inleiding tot de Kruidkunde. Het was een introductie tot de botanica en het werd tweemaal herdrukt en na bewerking opnieuw uitgegeven onder de titel: De wilde bloemen: inleiding tot de Kruidkunde.
Maar zijn belangrijkste werk was het Handboek van de gezondheidsleer voor alle standen uit 1867. Het verscheen vlak na de moordende cholera-epidemie in Gent. Het werd drie keren herdrukt en hij won er een provinciale prijs mee. Er kwam een vertaling in het Frans in twee delen als Hygiène Populaire in de reeks Gilon.
Een van zijn publicaties over een probaat middel voor de genezing van tandpijn werd overgenomen in buitenlandse tijdschriften, met name het Londense The medical Times and Gazette: a journal of medical science (1853) en het Amerikaanse The Boston Medical and surgical Journal (1854).

Daarnaast liefhebberde hij met het schrijven van proza en gedichten, die echter nooit werden uitgegeven. De 88 handgeschreven bladzijden worden bewaard in de Gentse universiteitsbibliotheek.

[Stefaan de Groote]

Over Cesar Fredericq:

  • Chris Coppens: Paul Fredericq (Gent, Liberaal Archief, 1990)
  • Joris van Parys: Het leven niets dan het leven: Cyriel Buysse en zijn tijd (Antwerpen/Amsterdam, Houtekiet/Atlas, 2007, herdr. 2014)
  • Bart d’Hondt: Van Andriesschool tot Zondernaamstraat: gids door 150 jaar liberaal leven te Gent (Gent, Liberaal Archief/Snoeck, 2014)
  • Guy Schrans: Fredericq & co, een geslacht in de schaduw (Gent: Snoeck, 2014)
  • Stefaan de Groote: Cesar Fredericq (1817-1887): van timmermansknecht in Nevele tot armendokter in Gent, in het tijdschrift van de heemkundige kring Het land van Nevele, jrg. 2021, nr. 2 (juni)