… vrees voor 't zelfbehoud? O neen, neen, van wat belang is thans desnoods een menschenleven min of meer. Doch... al die arme jongens prijs gegeven aan verminking en aan dood!

Virginie Loveling (1914)

Terug naar index

Epîtres

(1946-1959)

Onregelmatig verschijnend Franstalig tijdschrift, in 1946 gesticht door José Vial, verschenen tot en met de aflevering 37, maart 1959. Vanaf 1954 was er een redactie in Parijs en een Frans-Belgisch redactiecomité. Het tijdschrift was gewijd aan de Franstalige literatuur in Vlaanderen, bevatte proza, poëzie en besprekingen van werk van vooral regionale Franstalige auteurs in Vlaanderen. Verder kwam het op voor de identiteit van de Franstaligen in een Vlaanderen dat zich steeds meer als eentalig-Nederlands gebied manifesteerde. Zie hierover bijvoorbeeld het pamflet van José Vial, Explication du Francophone : pourquoi a-t-il en Flandre, des écrivains français?, in Epîtres, afl. 22, 1950, p. 81-98.
Enkele speciale nummers werden gepubliceerd: over Georges Rodenbach (afl. 17, 1948); over Emile Verhaeren en Georges Rodenbach (afl. 23, 1948); over de Franstalige prozaschrijvers in Vlaanderen (afl. 26, 1956); over de Franstalige poëzieschrijvers in Vlaanderen (afl. 26) en over Charles van Lerberghe (na 1956).
Over 10 jaar Epîtres: zie het tijdschrift, afl. 34 (1956) ; over het stopzetten van het tijdschrift na een verloren rechtszaak, zie afl. 37 (1959).

[Frans Heymans]