Mijn gezant vermoordden ze, mijn kasteel verbrandden ze / (...) God sta bij de heer die 't als lot beschoren kreeg / te tuchtigen zulk een bende.

Frans Gunnar Bengtsson (1950)

Terug naar index

Napoleon Destanberg: *Al de liberale liedjes en gedichten van Nap. Destanberg 1846-1866* (1866), p. 89-90
’t Oktrooi is af.

STEMME: ’t Zijn de jongens van Gent.
't Is ’t volk van Artevelde.
KAREL MIRY.

REFREIN.

’t Oktrooi is eindelijk af,
Wij zeggen dit met blijheid,
Die ijzren boei der vrijheid
Ligt eindlijk in het graf.
Die stalen boei der vrijheid
’t Gevloekt oktrooi is af.

I.

Geen poortgeld meer voor vieze mannen,
Die naar de voorgeborchten gaan,
En bij een vrolijk lied en kannen,
Soms de klein uurkens laten slaan.

II.

Geen poortgeld meer voor hout en kolen,
Geen poortgeld meer voor vuur en licht,
Dat geld zal dienen voor de scholen,
Waar men het volkskind onderricht.

III.

Geen poortgeld meer voor hooi en haver.
Voor mensch en dier moet ’t recht van kant,
’t Is nu te hopen dat elk draver
Zal vet staan voor de vigilant.

IV.

Geen poortgeld meer voor horenbeesten,
Waarmee men ons in ’t vleeschhuis g’rieft,
Die zich met beenen moest verleesten,
Die krijgt nu vleesch, als ’t God belieft.

V.

Geen recht meer op den werkmans eten,
Het brood, waar iedereen neer zoekt,
Weg met dat recht, het is versleten,
Het maalrecht was al lang gevloekt.

VI.

En leev’ de Kamer! de ministers,
Zij zorgen voor den armen wel,
’t Is beter dan de geldverkwisters,
En dat verdord soldaatjesspel!
’t Oktrooi is eindelijk af, enz.

Vind dit boek in de bibliotheek Gent

Interne links

[Auteurs] Destanberg, Napoleon