Mijn gezant vermoordden ze, mijn kasteel verbrandden ze / (...) God sta bij de heer die 't als lot beschoren kreeg / te tuchtigen zulk een bende.

Frans Gunnar Bengtsson (1950)

Terug naar index

OTHO, JOHANNA

(Gent, ca. 1549 - Antwerpen, na 1621)

Dochter van humanist Johannes Otho, bekende Latijnse dichteres in haar tijd. Ze wijdde een gedicht aan Gentenaar Karel Utenhove.

Johanna Otho was de dochter van de humanist Johannes Otho [zie aldaar], ze kreeg van haar vader onderricht, onder meer in het Latijn.
Zoals haar vader behoorde ze tot de hervormingsgezinden. Samen met hem en met haar man Willem Mayaert, advocaat bij de Raad van Vlaanderen en later (1578-1586) magistraat in Gent, verliet ze haar vaderstad in 1557 en vestigde zich eerst in Duisburg (Duitsland) en – na enkele jaren weer in Gent – ten laatste in 1584 in Straatsburg, waar haar vader intussen was overleden. Ze nam in 1566 op zijn aanraden contact op met Camille de Morel (1547-na 1611), een Latijnse dichteres en dochter van Jean de Morel; de bewaarde brief bevatte een lang Latijns gedicht, waarbij zij stelde "voor mij, in volle waarheid, kan er geen plezier gebeuren, dat mij dusdanig bekommert, dat ik de Latijnse en Griekse Letteren op de tweede plaats zou zetten. Aan hen meet ik niet enkel mijn plezier maar inderdaad mijn geluk".
In 1577 kwam Johanna Otho naar Gent terug, enerzijds als gevolg van het overlijden van haar man, anderzijds omdat de stad kort na de Pacificatie van Gent (1576) onder calvinistisch bestuur kwam, zodat ze voor haar weer toegankelijk was.

Johanna Otho woonde na 1616-1617 in Antwerpen. Franciscus Sweertius (1567-1629) doet verslag van een gesprek dat hij daar had met haar, aartsdiaken Laurens Beyerlincx, S.J. (1578-1627) en de arts dr. Ludwig Nonius (1553-1645), in diens huis. In 1617 droeg Johanna Otho een selectie van haar gedichten op onder de titel Poematia, sive lusus extemporanei aan haar ‘Musenfreunde’ (Apollonis Musarumque alumnis) uit het milieu van het gymnasium van het Augustijner klooster te Antwerpen, dat in 1607 heropgericht was.
Naast thematische gedichten die al in 1616 (in Antwerpen?) waren gepubliceerd, bevatte de bundel onder meer epigrammen over Franciscus Sweertius en Heinrich van der Goes, heer van Bautersem. In het voorwoord schreef Johanna Otho zelfverzekerd:
"Je moet je er niet over verbazen dat een vrouw – die volgens de filosoof veel onvolmaakter is dan een man – deze bloemetjes heeft verzameld in de tuin van de Aoniden: Terwijl het zeker is dat de Muzen, Nimfen en dergelijke zelf van ons geslacht waren."

In haar tijd een beroemde dichteres, wijdde ze een gedicht aan één van de leerlingen van haar vader, de Gentenaar Karel Utenhove (1536-1600) [zie aldaar], die haar ook in Duisburg had bezocht. Ook voor haar vader schreef ze een Latijns grafschrift, Humanae florem vitae Mors horrida tollit, …
In haar eerste dichtbundel Carminum diversorum libri duo (Straatsburg, 1616) wijdde ze bovendien gedichten aan haar afkomst uit de Lage Landen, aan aartshertog Albrecht VII van Oostenrijk (landvoogd van de Zuidelijke Nederlanden van 1595 tot1621) en aan bekende humanisten en kunstenaars. Onder het pseudoniem Leo de tribu Juda Radix Jessae (= Leeuw uit de stam Juda van de wortel Jesse) is een gedicht aan de “Virgo Belgica Gandavensis“ opgedragen, de Maagd van Gent, en verwijst ze ook naar de Leo Belgicus, een bekend motief in onze cartografie.

[Herbert de Vleeschouwer]

Over Johanna Otho:

  • Franciscus Sweertius: Ioanna Othonia, in: Athenae Belgica sive nomenclator Infer. Germaniae scriptorium (Antwerpen: Gulielmus a Tongris/ Willem van Tongeren, 1628), p. 458 e.v.
  • Nicolaas Christiaan Kist: Johanna Otho en Karel Utenhove: eene bijdrage tot de hervormingsgeschiedenis van Gend, in: Kerkhistorisch Archief, 2 (1859), p. 419-426. Zie op: books.google.de
  • D.A. Brinkerink: Otho, Johanna of Othonia, in: P.J.Blok & P.C. Molhuysen: Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek, dl. 9 (1933), zie in de Digitale bibliotheek der Nederlandse Letteren: dbnl.org/tekst
  • Jane Stevenson: Pedagogy and Power – Chapter 5: Women and classical education in the early modern period (Cambridge University Press, 1998), p. 90-91
  • Jane Stevenson: Women Latin Poets: Language, Gender, and Authority (Oxford University Press, 2005), p. 239 e.v.
  • Andries Van den Abbeele: Johanna Otho, zie op Wikipedia: https://nl.wikipedia.org/wiki/Johanna_Otho
    De Duitse wikipediapagina bevat nog veel meer informatie en referenties over Johanna Otho
  • Enkele gedichten en belangrijke werken van Johanna Otho: https://www.lupercallegit.org/johanna, haar Poematia sive Lvsvs... e.a. op Google Books: books.google.de en books.google.be/booksid=Q99
  • In Duitse academische ecyclopedieën is nog meer detailinformatie te vinden, zie o.m. op: https://de-academic.com/dic.nsf/dewiki/2430949