Zoo stoot het Steen der Graven langs de Lieve, / symbool van leed en nooit verstorven klacht, / vooraan op ’t plein (...) / Een huizenrei van donkre weelde en pracht.
BELLAMY, DANIEL
(Groot-Brittannië, 1717/1718? - 15.02.1788)
Anglicaanse priester en bijbelvertaler. Reisde in de zomer van 1763 door de Lage Landen naar de kuuroorden Aken en Spa en deed op de terugweg ook Gent aan.
Daniel Bellamy studeerde aan Trinity College in Cambridge, was kapelaan van Richmond (1758-1766), later dominee van Kew en Petersham in Surrey en van Saint Stephen's (Saint Albans) in Hertfordshire (1749-1788).
In 1737 publiceerde hij The Christian Schoolmaster en met zijn vader, Daniel Bellamy ‘de Oudere’, (°1687), twee delen Miscellanies in Prose and Verse (1739-1740); Engelse schoolmeisjes speelden daaruit populaire dramastukjes tijdens de lespauzes. Van zijn vader reviseerde hij ook een bundel Ethic Amusements (1768) naar het Latijnse voorbeeld van Boëtius (ca. 480-525).
Zelf publiceerde hij vooral studies over religieuze onderwerpen en sermoenen, biografische uitgaven over het Britse koningshuis, onder meer The British Remembrancer, or Chronicles of the King of England en een Ode to her Royal Highness the Princess Dowager of Wales (ca. 1767-1768). Tot in 1770 volgden nog enkele delen Ethic tales and fables, bij illustraties van Samuel Wale (1721-1786).
Daniel Bellamy in de Lage Landen en Gent
Daniel Bellamy was vijfenveertig jaar toen hij samen met de rijke bierbrouwer John Rowlls, diens vrouw en drie kinderen, en ook twee bedienden, naar de Lage Landen reisde. Ze vertrokken op 25 juli 1763 vanuit Rowlls’ woonplaats Kingston naar de Engelse havenstad Gravesend en meldden zich op 27 juli in Vlissingen. Vandaar reisden ze via Middelburg en Antwerpen eerst naar Brussel, Luik, Spa en Aken. Op de terugweg naar Calais deden ze Gent en Brugge aan.
Bij het begin van zijn reisverslag A family party to the German Spa (1763) beloofde Bellamy geen woord meer vuil te maken aan de politiek. Hij richtte zijn verslag op de Britse middenklasse, koos zijn onderwerpen goed uit en diepte heel wat details op.
We weten zelfs hoe hij gekleed ging en wie hij ontmoette: hij liep erbij als een gentleman, in blauw rokkostuum met gouden knopen en een dolk, zocht onderweg landgenoten op, verzekerde zich van uitstekende gidsbegeleiding en kreeg via zijn vrijgevige reisgezel John Rowlls toegang tot alle belangrijke locaties. Toch waren ook enkele fratsen hem niet vreemd; zo bood hij zich eens als een oude zwerver aan bij een voorname herberg op de Antwerpse Meir.
Daniel Bellamy geraakte vooral onder de indruk van kerkelijke plechtigheden en franciscanen die zelf hun kloosterdaken repareerden, maar maakte ook aantekeningen over verdacht lange biechtsessies, dom bijgeloof, het boerenleven en overdreven stedelijke pracht en praal. Ook de galg die nog op centrale stadspleinen stond opgesteld en de talloze omgehakte bomen langs de wegen waar Franse legers waren voorbijgekomen, ontgingen zijn scherpe ogen niet.
Hij schreef uitgebreid over de Sint-Rochusprocessie in Luik, het romantisch wandelgebied Chaudfontaine en vergeleek het Brusselse Warandepark en het paleis van Karel van Lotharingen met Franse en Engelse voorbeelden. In Brussel en Aken trof zijn reisgezelschap ook een meer mondaine sfeer en luxeartikelen aan. In het kuuroord Spa, enkel in de zomer een levendige place to be, ontmoette hij tientallen landgenoten, zowel bij de bronnen, op het Engels bal, als in de “Tempel van Fortuin” (casino).
In Leuven was Daniel Bellamy verbluft én zwaar ontgoocheld door de universiteitsstudenten. Zo’n 3.000 theologen, juristen, medici en letterenstudenten volgden er tegelijk hun opleiding, maar ze moesten er samenwonen in schamele colleges en gooiden ongemanierd de inhoud van hun kamerpotten uit het raam.
Vergeleken bij al deze attractieve locaties maakte de stad Gent tijdens Bellamy’s passage op 24 en 25 augustus 1763 bijzonder weinig indruk op hem, zodat zijn verslag niets opmerkelijks vermeldt.
[Jean-Paul den Haerynck]
Over Daniel Bellamy:
-
Daniel Bellamy: A family party to the German Spa (Brussel: Koninklijke Bibliotheek, 1763), vooral p. 147
-
Kees van Strien: De ontdekking van de Nederlanden: Britse en Franse reizigers in Holland en Vlaanderen, 1750-1795 (2001), p. 17 & p. 233-258
-
Thomas de Wolf: De visie van reizigers op Brabant en Mechelen (1701-1800), licentiaatsthesis UGent (2003-2004)