Uw Kapitool, helaas! eene onvoltooide kroon, / Uw Belfroot, met den draak der kruisvaart overkronkeld, / En Bavo’s tempel, als zijn kunstjuweelen schoon.

Prudens van Duyse (1859)

Terug naar index

René de Clercq: De noodhoorn: vaderlandsche liederen (1916), p. 46

Gent

Gent!
Vol klinkt uw naam,
kort als een daad, vast als 't ciment
van Vlaanderens wezen en zijn faam.

Vechtstad, in heel de wereld staat,
voor goed en kwaad,
geen burcht van koppigheid opeen
als in uw oud stout steen.

Eeuwen zijn meêgeperst
door elken muur, door elk gewelf.
Als ooit dit harde harte berst,
sterft Vrijheid zelf.

In Gent heb ik geleefd,
in Gent heb ik geloofd.
Daarom draag ik zoo hoog mijn hoofd,
als een die kop en kijkers heeft.

Kort als een daad, vast als 't ciment
van Vlaanderens wezen en zijn faam,
vol klinkt uw naam,
Gent!

Vind dit boek in de bibliotheek Gent

Interne links

[Auteurs] De Clercq, René